Herbelevingen
- Oncontroleerbare terugkerende herinneringen die angst oproepen
- Het voelt min of meer alsof je terug bent in toen, je ziet, ruikt, proeft, voelt weer zoals toen
- Het hebben van nachtmerries
Wanneer je een schokkende of onverwachte gebeurtenis meemaakt, spreken we van een traumatische ervaring. Dit kan leiden tot angst en stress, zoals bij een ongeval, overlijden, misbruik of geweld. Vaak neemt deze angst en stress na verloop van tijd af door een verwerkingsproces.
Als dit proces echter uitblijft of vastloopt, blijven de klachten bestaan en kunnen ze verergeren. In zulke gevallen spreken we van een Posttraumatische Stressstoornis (PTSS).
Mensen die in levensbedreigende omstandigheden verkeren of andere onverwachte en schokkende gebeurtenissen meemaken, ervaren heftige gevoelens zoals angst, onmacht, kwetsbaarheid en hulpeloosheid.
Het is niet vreemd als mensen daar enige tijd last van hebben, bijvoorbeeld in de vorm van opdringende herinneringen aan deze gebeurtenis. Dit is een normale reactie op een abnormale gebeurtenis.
Bij veel mensen verdwijnen deze klachten vanzelf. Bij sommige mensen blijven de klachten langdurig bestaan. Dan kan een Post Traumatische Stress Stoornis (PTSS) ontstaan.
Mensen met PTSS zijn vaak erg oplettend en schrikachting. Zij hebben last van herbelevingen in de vorm van flashbacks en nachtmerries. De herinneringen aan het trauma komen vanzelf naar boven. Dit kan zorgen voor veel angst waardoor zij situaties die met het trauma te maken hebben, gaan vermijden.
Door het wegdrukken van gedachten en herinneringen kunnen de traumatische ervaringen niet worden verwerkt. Hierdoor blijven PTSS-klachten aanwezig.
Traumatische ervaringen zijn per definitie negatieve ervaringen. Dit heeft invloed op hoe je over jezelf, de ander of de wereld denkt. Je kan bijvoorbeeld meer moeite hebben om anderen nog te vertrouwen of je bent achterdochtiger geworden. Je kan je schuldig voelen, omdat je vindt dat je de gebeurtenis had kunnen voorkomen. Misschien schaam je je over het feit dat je nog steeds last hebt van de ervaringen die in het verleden liggen. Het kan zelfs zijn dat je kijk op de hele wereld negatiever is geworden.
Dergelijke gedachten kunnen samen gaan met sombere gevoelens. Deze negatieve stemming kan soms zo overheersen dat het plezier in het leven lijkt te zijn verdwenen. Lusteloosheid en minder zin hebben om iets te ondernemen zorgen er, naast vermijdingsgedrag, voor dat je steeds meer geneigd bent jezelf terug te trekken.
Doordat je je terugtrekt, veroorzaakt dit op de langere termijn vooral een versterking van de klachten van PTSS. Je hebt steeds minder kans om positieve ervaringen op te doen, waardoor je negatieve gedachten en stemming blijven bestaan.
Niet iedereen met PTSS ervaart dezelfde symptomen, maar deze symptomen van PTSS komen veel voor:
Soms is er sprake van een complexe posttraumatische stress-stoornis (CPTSS). De PTSS klachten gaan samen met andere problematiek op diverse levensgebieden. Je kunt dan denken aan: overdreven schrikreacties, problemen met (te veel of te weinig) woede, wisselende stemmingen, weinig zelfvertrouwen, gevoelens van schuld, schaamte en zinloosheid.
Andere klachten kunnen zijn: overeten, alcohol- of drugsgebruik, lichamelijke pijnen en problemen in de omgang met anderen.
Dit zijn hinderlijke klachten, die meestal al jaren bestaan. De klachten kunnen bijvoorbeeld voortkomen uit een onveilige omgeving in de jeugd of binnen een intieme relatie.
Wanneer je angstig bent, ben je geneigd zijn om dingen die je angstig maken uit de weg te gaan. Dat is een logische reactie. Op korte termijn voel je de angst dan niet of minder, waardoor je weer kunt functioneren. Maar op de lange termijn versterkt het juist je angst en verstoort de PTSS steeds meer jouw leven.
Bij schokkende gebeurtenissen geeft je lichaam aan dat je in gevaar bent. Je lichaam reageert met een verdedigingsmechanisme dat bij alle mensen en dieren voorkomt. Dit mechanisme is ontwikkeld om overlevingskansen bij acuut gevaar groter te maken. We noemen deze reactie de vecht- of vluchtreactie.
Een voorbeeld: je loopt in het bos en je komt een beer tegen. Je rent meteen weg (vluchten), blijft stokstijf staan (bevriezen), of je springt op de beer af en begint te vechten. Dit zijn automatische reacties waar je geen invloed op hebt. In gevaarlijke situaties is er geen tijd om bewust na te denken. Deze instinctieve reacties zijn voorgeprogrammeerd in je hersenen. Een situatie wordt snel gescand op mogelijk gevaar en er wordt een antwoord gegeven (vechten, vluchten of bevriezen).
Het is belangrijk om dit mechanisme te herkennen. Vaak voelen mensen zich na een traumatische gebeurtenis schuldig. Gedachten als ‘had ik maar’ of ‘waarom heb ik niet…?’ komen vaak voor. Het is belangrijk te realiseren dat je reactie automatisch was en je er geen invloed op had. Door deze automatische reacties kunnen we gevaarlijke situaties overleven.
Bij PTSS is het alarmsysteem ontregeld. Het is mogelijk dat je lichaam snel in de vecht- of vluchtreactie blijft schieten, ook als het gevaar weg is. Je lichaam blijft dan opletten en reageert schrikachtig. Dit past bij PTSS en is te begrijpen als je weet wat er in het brein gebeurt.
Onder normale omstandigheden hebben we de tijd om te denken voordat we handelen. Je hersenen maken dan gebruik van het langzame pad, waarbij de hippocampus en prefrontale cortex een grote rol spelen. Dit is het denkgedeelte van de hersenen waar bewuste afwegingen worden gemaakt.
Bij gevaar is er geen tijd om uitvoerig te denken. Gevaar moet snel worden herkend zodat het commando vechten of vluchten gegeven kan worden. Je hersenen maken dan gebruik van het snelle pad; de amygdala. De amygdala is een alarmcentrum dat in actie komt bij gevaar en koppelt een emotie aan de informatie die binnenkomt. Hierdoor wordt een ervaring opgeslagen met de bijhorende (angst)gevoelens. Pas als het gevaar is geweken kunnen we nadenken over wat we hebben meegemaakt en komen de emoties los.
Bij PTSS kan iemand last hebben van terugkerende herinneringen aan de ervaring. Het is alsof de ervaring opnieuw wordt beleefd. Kleine dingen in het dagelijkse leven kunnen doen denken aan de traumatische ervaring en de amygdala activeren. Doordat de herinnering niet in woorden en niet als een verhaal is opgeslagen, kan de amygdala snel worden geactiveerd en treden lichamelijke angstverschijnselen op. Zo kan het dat je opeens weer de emoties voelt zoals toen. Een logische reactie op het ervaren van angst is het vermijden van alles wat aan de angst gekoppeld is. Op korte termijn helpt dit, maar op lange termijn versterkt het juist de angst en verstoort de PTSS steeds meer je dagelijkse leven.
Misschien merk je het: je weet soms niet wat je voelt. Soms kun je het gevoel hebben ineens van 0 naar 100 te gaan en kun je jouw emoties niet goed beheersen.
Emoties schommelen gedurende de dag een beetje. Dat is heel normaal: op het ene moment voel je je wat vermoeider, minder alert of geïrriteerder, het volgende moment heb je het gevoel dat je lekker in je vel zit. Dit is een normaal spanningsniveau. Gedachten en gevoelens zijn goed op elkaar afgestemd en je hebt ruimte voor andere mensen.
Dit wordt ook wel de Window of Tolerance genoemd. De Window of Tolerance is een begrip uit de psychologie. Het betekent het gebied of raam waarin je je het beste voelt en goed kunt omgaan met stress en emoties. Een raam waarbinnen je gedachten en emoties dus goed op elkaar afgestemd zijn.
Je kunt uit dit raam schieten. Dan zijn gedachten en gevoelens niet goed op elkaar afgestemd.
Zit je ‘erboven’, dan ben je te gespannen. Je schiet in een soort “vluchten of vechten” reflex, bent geïrriteerd, boos of paniekerig en kunt niet tot rust komen. Vaak is er iets gebeurd waardoor je van streek bent geraakt. Het helpt niet om jezelf kalmerend toe te spreken en je hebt ook niet veel ruimte voor andere mensen. Het lukt ook niet goed om na te denken over wat er nu eigenlijk scheelt.
Schiet je onder uit ‘het raam’, dan heb je te weinig spanning. Dan kun je je lusteloos of onverschillig voelen. Van je omgeving krijg je maar weinig mee. Alsof het lichtje aan is maar er is niemand thuis.
Bij mensen met PTSS is ‘het raam’ vaak kleiner. Dat houdt in dat je sneller uit balans kunt raken door stress, gebeurtenissen of emoties.
Langdurig buiten de Window of Tolerance zitten is vervelend. Mensen uit je omgeving laten je dit ook wel merken, zij merken namelijk ook dat je uit je ‘raam’ bent.
Om deze website optimaal te laten functioneren maken wij gebruik van cookies. Ga je hiermee akkoord?